Wie het leuk vindt kan hier lezen hoe wij genieten van ons verblijf in Zweden.
Over hoe het met ons gaat en wat we zoal meemaken...


Zweden... rust, ruimte, oneindige natuur, frisse lucht en veel aardige mensen!





Verhalen lezers


Verhalen geschreven door lezers


Ik kreeg een mooi verhaal, geschreven door Rienk. Ik plaats het hier op deze aparte pagina. Er is nog oneindig veel ruimte voor meer verhalen. Leef je uit, schrijf ook eens op waar je misschien al een poosje op broedt, we genieten graag mee met z'n allen!
Ik zal het met plezier plaatsen.


OUDJAAR IN DE JACHTHUT - door Rienk Ruiter




Hier zat hij dan bij het haardvuur stil, teruggetrokken en alleen in het noorden van Zweden. Hij leefde op de grens van Lapland, had hier zijn jachtterrein en hield zich in leven met wat de natuur hem bracht. Hij hield van deze omgeving, zijn naaste buren woonden 5 km verderop en dat was goed, want na alles wat hij had meegemaakt in zijn leven had hij weinig belang bij buren.
Eigenlijk kwam hij uit Nederland, maar was hierheen verhuisd nadat zijn liefste hem ontvallen was. Zij die de zon en de maan in zijn leven was geweest, zij die altijd begrip had voor zijn nukken, zij die er begrip voor had dat hij na een paar weken werken weer het veld in moest.
Maar helaas was dat voorbij, na een ziekbed van twee maanden was ze hem ontvallen. Maar oh, hij miste haar zo, zij was altijd het kompas geweest waarop hij voer. Hij was meestal de onbehouwen vlerk geweest, maar zij streek dit altijd vlak. Ook in de omgang met anderen was zij het geweest die het roer recht hield, anders was er niemand meer geweest. Langzaam stond hij op en deed nog een blok hout in de haard. Het was wel erg koud deze avond en anders dan anders, of verbeeldde hij zich dat, werd hij oud en stram? Nee, met 50 jaar kon hij dat nog niet zijn, maar toch begonnen ook bij hem de jaren te tellen en merkte hij dat hij niet meer zo sterk was als vroeger. 
Ineens hoorde hij iets. Wat was dat? Hij hoorde sledehonden. Wie kan er nu nog onderweg zijn? Na twee minuten hoorde hij het kloppen op zijn deur, wie zou hem nu nog zo laat bezoeken? Eerst dacht hij om maar niet open te doen, maar dat was ook niet echt menselijk. Wie weet was er iemand in nood. Hij liep naar de deur om hem te openen en ineens zag hij wie het was. Het was Hildegard. Zij hier? Waarom? Vaak had hij naar haar gekeken als hij in het dorp was, ze vertoonde een grote gelijkenis met Ingrid, zijn overleden vrouw. Soms, als hij door het dorp liep en haar zag, dacht hij dat het Ingrid was.
‘Mag ik binnenkomen?’ vroeg Hildegard. ‘Ja, kom erin’, zei hij met enige tegenzin, het laatste waar hij op dit moment op zat te wachten was een vrouw die grote gelijkenis met zijn vrouw vertoonde. Ze keek hem aan met haast dezelfde ogen als Ingrid. 
‘Ik dacht, ik ga maar eens langs op deze oudejaarsavond. Al gegeten?’ vroeg ze. ‘Nee’, was zijn botte antwoord. ‘Oh, is er nog wat in huis, dan kook ik voor ons.’ Voor ons? Wie zegt dat ik jou in mijn hut wil hebben en ineens bedacht hij zich wat Ingrid tegen hem had gezegd kort voor ze het leven verloor. 
‘Jort, als ik er niet meer ben zul je andere mensen in je leven moeten toelaten, je kunt niet helemaal alleen leven. Geef ze een kans en laat ze in je leven komen.’ ‘Nou ja, dan maar een kans geven’, dacht hij. Hildegard kookte een gerecht met de dingen die er in zijn hut waren en het smaakte hem oprecht goed. ‘Waarom kom je hier op oudejaarsavond en wat zoek je hier?’ vroeg hij op zijn niet ongebruikelijk harde manier. ‘Oh, ik dacht dat je wel wat gezelschap kon gebruiken en zoals je weet ben ik na Olafs ongeval ook alleen, maar als je me hier liever niet hebt, dan ga ik wel weer.’ Langzaam liep ze naar de deur, afwachtend of hij haar terug zou roepen, maar dat deed hij niet dus reed ze weg op haar hondenslee. 
Daar zat hij weer bij de haard en ineens kwam er iets in hem op. Alsof Ingrid het aangaf liep hij naar zijn boekenkast en ja, daar was het boek ‘Vikingen en hun leven’. Hij zocht het stuk over oud en nieuw en ja, daar was het! Vikingen maakten een groot vuur om de oude geesten weg te branden, misschien moest hij dat ook doen. Hij liep naar buiten en stapelde veel houtblokken op elkaar en stak ze aan. Het vuur laaide hoog op en in dat vuur zag hij Ingrid. Ingrid die een boodschap voor hem had, een boodschap die hij ter harte zou nemen. Toen het vuur was uitgebrand ging hij naar binnen en liep langzaam naar de kast waar de laatste dingen van Ingrid lagen, dingen die hij als herinnering had meegenomen. Ja, daar was haar jachttrui met de geur van haar er nog in. Hij ging naar bed en lag uren te ruiken aan de trui en viel toen in een diepe slaap.
’s Morgens werd hij ineens wakker en schrok. ‘Ingrid!’ dacht hij, maar nee, ze lag niet naast hem in bed maar had wel een gedachte bij hem achtergelaten. Snel nam hij zijn ontbijt en ging toen de honden voor de slee spannen. 


Hij reed in de richting van het dorp, maakte een grote omweg en sprak met Ingrid. ‘Ingrid, gisteravond wees jij me een nieuwe weg met Hildegard en ik geloof dat je gelijk hebt. Nu ga ik naar haar toe en vraag haar om met mij te willen leven. Eens op een dag zullen wij weer samen zijn, maar tot die tijd kan ik niet alleen zijn, dat begrijp ik nu.’

********